Jan Pieterszoon Sweelinck is geboren in Deventer in mei 1562. Hij was een Nederlands componist, organist, klavecinist, muziekpedagoog, muziekorganisator en ensembleleider. Sweelinck was de belangrijkste Nederlandse componist van de Vroegmoderne Tijd, in de overgang van renaissance- naar barokmuziek.

Jan Pieterszoon Sweelinck was de oudste van vier kinderen van Peter Swibberts en Else Sweelinck. Jan Pieterszoon Sweelinck heeft een broer, Gerrit Pieterszoon, en twee zussen Marie en Tryntgen. Ze hadden de naam van hun moeder als achternaam. Vanwege de belangrijke positie van haar familie. Daarnaast was de vader van Jan Pieterszoon Sweelinck een bastaard. Zijn vader was een rooms-katholieke priester die zijn celibaatsgelofte verbrak. In de 16de eeuw gebeurde het vaak dat geestelijken hun gelofte verbraken, maar het werd niet getolereerd door de samenleving. Daardoor was de maatschappelijke positie van kinderen van geestelijken in die tijd nogal laag.

Sweelinck leerde het klavierspel op orgel en klavecimbel vermoedelijk van zijn vader Pieter, die tot aan zijn dood in 1573 organist was van de Oude Kerk. Pieter Swibberts werd opgevolgd door Cornelis Boskoop. Er wordt aangenomen dat Boskoop de muzikale vorming van Jan Pieterszoon Sweelinck heeft voortgezet. Na de dood van zijn vader heeft Sweelinck vermoedelijk ook les gehad van Jan Willemszoon Lossy, hij was de stadsspeelman van Haarlem.

Sweelinck is gespecialiseerd op het gebied van orgelbouw. Zo werd hij regelmatig gevraagd om te adviseren bij over nieuwe of gerestaureerde orgels. Hiervoor ging hij onder andere langs  Enkhuizen, Haarlem in 1594, Deventer in 1595 en 1616, Middelburg in 1603  en Nijmegen in 1605 en meer .

Sweelinck trouwde met Claesgen Puyner dochter van een koopman uit Medemblik. Zij kregen zes kinderen: Dirk, Elsge, Ysbrandt, Jan  en Dyeuwer .

Jan Pieterszoon Sweelinck overleed op 16 oktober 1621 in Amsterdam.